zondag 27 november 2011

Er is nog hoop...

Als kind was ik redelijk sportief aangelegd. Via de plaatselijke sportvereniging legde ik me vol overgave toe op het aanleren van onder andere flikflak en salto en behaalde daarmee in plaatselijke en regionale gym- en turnwedstrijden regelmatig de eerste plaats. Van de vaak met teamsporten gevulde verplichte gymlessen op de middelbare school kon ik echter niet blij worden en langzaam maar zeker verdween mijn enthousiasme voor lichamelijke oefening.

Na een paar jaar als banketbakker gewerkt te hebben, werd me echter duidelijk dat alle 'noodzakelijke' proeverijen wel enige sportieve compensatie vereisten. Dat resulteerde zo rond mijn twintigste in mijn eerste hardlooppoging. Inspanningsastma maakte echter al snel korte metten met dit goede voornemen. Na een klein jaar als au-pair in een italiaans gezin, in een tijd waarin er nog geen snoepgoed in de supermarkten te krijgen was, waren de extra kilo's er weer af en verdween de noodzaak tot sporten in rap tempo naar de achtergrond.

Eigenlijk is dat zo gebleven totdat mijn leeftijd richting de veertig ging. Twintig jaar verder en twee kinderen rijker, begon mijn lichaam inmiddels enig verval te vertonen. Ooit had ik gelezen over iemand die bij het naderen van de veertigjarige leeftijd was gaan sporten en zichzelf daarmee voor haar verjaardag een vernieuwd lichaam had gegeven. Dat leek mij ook wel wat en in de zomer na mijn 39e verjaardag begon ik dan ook opnieuw met trainen. Wonderbaarlijk genoeg bleek de inspanningsastma verdwenen. Jammer genoeg was dat ook het geval met mijn sportiviteit en doorzettingsvermogen.  Na een paar weken voor mijn gevoel meer hijgend gesjokt dan gerend te hebben maakte de inzettende herfst een snel einde aan mijn tanende hardloopambitie.

Bijna elke daaropvolgende zomer ondernam ik wel een nieuwe poging. Die steevast na een paar weken strandde bij de eerste de beste regenbui of verkoudheid. Begin dit jaar durfde ik in een blog dan ook eindelijk aan mijzelf toe te geven dat hardlopen niet voor mij was weggelegd.

En toen gebeurde er iets vreemds:
In onze vriendenkring ging opeens de een na de ander, ook met de veertig in zicht, zich op het hardlopen toeleggen. Er werden sportbeha's, hardloopschoenen en mp3-spelers met trainingsschema's aangeschaft en op feestjes werden opeens uitgebreid de individuele vorderingen besproken.
Aangestoken door hun enthousiasme besloot ik nog één poging te wagen. Dit keer voor de verandering wel voorzien van echte hardloopschoenen en 'runningbeats' op mijn smartphone. De verkopers hiervan verzekerden mij dat als je eenmaal de eerste drie maanden training door bent, je nooit meer wilt stoppen met rennen. Iets wat ik me in de verste verte niet voor kon stellen.

Toch durf ik inmiddels voorzichtig te denken dat het dit keer misschien wel gaat lukken. De eerste maanden waren heftig. Mijn lichaam was duidelijk niet meer gewend aan zoveel inspanning en door alle jaren van achterstallig conditioneel onderhoud moest ik elke nieuwe training bekopen met een totaal uitgeteld lichaam dat twee dagen nodig had om te herstellen. De opbouw van het trainingsschema werd daardoor, op z'n zachtst gezegd, enigszins gerekt.

Inmiddels kan ik min of meer probleemloos vier keer zeven minuten achter elkaar rennen met maar anderhalve minuut rust tussendoor. Een voor mijn doen ongekende prestatie. Elke keer nog vraag ik me voor de training af waarom ik hier ook al weer aan begonnen ben. Maar het gevoel van trots als ik er weer in geslaagd ben om de training te volbrengen of zelfs weer een stapje verder ben gegaan, is onbetaalbaar.

Kilo's ben ik nog niet kwijt en ook merk ik nog niet dat mijn lichaam strakker is geworden. Maar toen ik afgelopen week tot twee keer toe, wegens omstandigheden, niet kon gaan lopen merkte ik voor het eerst een lichte irritatie. Zou mijn lichaam en geest dan toch langzaam de voordelen van het hardlopen in gaan zien en er behoefte aan gaan krijgen?

zondag 20 november 2011

Wijsheid

Al jaren ben ik geïntrigeerd door het begrip 'wijsheid'.  En regelmatig wens(te) ik dat ik zelf over een grotere portie kon beschikken. Een gevoel dat vaak ontstond bij het nemen van belangrijke beslissingen of na gebeurtenissen waarbij mijn eigen acties, achteraf bezien, niet direct de schoonheidsprijs verdienden.

Maar nu ik al een aantal maanden bij mezelf een bewustzijn bespeur dat er eerder niet was, begon ik me af te vragen:  wat is wijsheid nu eigenlijk?
Op internet zijn veel quotes te vinden die me een beetje op weg hielpen met de definitie van wijsheid:

'Gezond verstand in een ongewone mate is wat de wereld wijsheid noemt'
Samuel Taylor Coleridge, engelse dichter en criticus 1772- 1834

'Wijsheid kan alleen worden gevonden in waarheid'
Johann Wolfgang von Goethe, duits schrijver en dichter, 1749- 1832

'Wetenschap is georganiseerde kennis. Wijsheid is georganiseerd leven'
Immanuel Kant, duits filosoof 1724 - 1804


Wikipedia omschrijft het zelfs als 'de kunst om onder alle levensomstandigheden juist te oordelen en te handelen'. Niet zo gek dat veel mensen hier naar streven. Zelfs Brad Pitt hoorde ik afgelopen week op televisie bij een persconferentie vertellen dat hij liever wijs dan jong is. Maar hoe wordt je nu wijs? En kun je daar zelf naar toe werken of is het iets wat je overkomt? Tenslotte zegt men dat wijsheid met de jaren komt. Maar biedt het stijgen van de leeftijd dan ook de garantie dat je uiteindelijk tot betere inzichten komt?

Omdat ik genoeg voorbeelden ken van mensen die ook op latere leeftijd niet de indruk wekken de geheimen van het leven te doorgronden, ben ik van mening dat je niet 'zomaar' inzicht krijgt. Na een aantal diepzinnige hardloopsessies ben ik dan ook tot de conclusie gekomen dat wijsheid begint met 'bewustwording'.  Bewustwording van de wereld om je heen, van je eigen reacties, van de invloed daarop op de mensen om je heen.

Automatisch volgen dan de vragen naar het 'waarom' van de dingen. Vragen die je dwingen na te denken over hetgeen je meemaakt of over de dingen die je om je heen ziet gebeuren. Wijsheid ontstaat dan ook meer vanuit luisteren en observeren dan vanuit de drukte van alledag. 'De stilte is de slaap die de wijsheid voedt' verwoordde Francis Bacon, engels filosoof en staatsman het treffend. Maar het vinden van die stilte valt in onze drukke maatschappij niet altijd mee.

Bij wijsheid hoort ook: acceptatie van de dingen die je niet kunt veranderen, bescheidenheid vanwege het besef dat er maar zo weinig is dat je weet, liefde voor de wereld om je heen en de bereidheid om te leren van de onvermijdelijke fouten die je in je leven zult maken.
Je kunt dan ook zeggen dat wijsheid geen zelfstandig naamwoord maar eerder een werkwoord is. Iets waar je zelf aan zult moeten blijven werken.

Na dit allemaal overpeinsd te hebben, realiseer ik me dat ik nog een lange weg te gaan heb.

Maar er is hoop:
'Mensen die zichzelf kennen zijn niet langer dwazen; zij staan op de drempel van de Deur van de Wijsheid'.
Havelock Ellis, Brits psycholoog (1859 - 1939)

vrijdag 4 november 2011

Balans

Nu ons bedrijf bijna vier jaar bestaat, gaan we merken dat de mond-tot-mondreclame zijn werk doet. Dat is iets wat heel mooi is en waar we ook heel blij mee zijn. Het houdt echter ook in dat de administratie er om heen ook omvangrijker wordt. En aangezien dit niet Manlief's sterkste kant is maar wel bij mijn interesses en kwaliteiten past, behoort het verzorgen van deze kant van het bedrijf tot mijn takenpakket.

Ik vind het ook best leuk om te zorgen dat bijvoorbeeld de post verwerkt wordt, de dossiers opgeruimd en de betalingen en boekhouding gedaan. Het is werk dat ik in essentie leuker vind dan ramen zemen of bedden verschonen. Maar nu het inmiddels zo ver is dat ik op de drie doordeweekse ochtenden die ik niet bij mijn werkgever doorbreng, met de administratie bezig ben, wordt het lastiger om taken te combineren.

Regelmatig ren ik dan ook, nadat de kinderen, van proviand voorzien voor de nieuwe schooldag, de deur uit zijn, met een doekje en fles chloor langs de toiletten, hang snel een was op en slinger de stofzuiger door de kamer. Voor het oog is het dan weer netjes. Lastiger wordt het als én de administratie aandacht behoeft én er grotere huishoudelijke klussen op het programma staan.

Zo'n dag is het vandaag. De wasmachine draait en de bedden zijn afgehaald. Maar verder roept het huis om de aandacht van een stofdoek en stofzuiger. En de mooie novemberzon laat zien dat ook de ramen wel weer eens gezeemd mogen worden. Bovendien kon dit wel eens een van de laatste mooie dagen zijn voordat het winter wordt en is de tuin nog niet helemaal winterklaar.

Op dit soort dagen moet ik me er toe dwingen om toch eerst te gaan zitten voor de zakelijke kant van het bedrijf. Tenslotte kan en mag deze niet onderschat worden.

Maar het vinden van de balans tussen zemen, zorgen, zelfontplooïng en zelfstandig ondernemen valt voorwaar niet altijd mee.

woensdag 2 november 2011

De kracht van zacht

Soms kan ik erg terugverlangen naar vroeger tijden. Zoals ik me die voorstel tenminste. Een tijd waarin het leven, ondanks het harde werken en de mindere sociale voorzieningen, een stuk eenvoudiger en veel minder gehaast leek te zijn. De rust en gemoedelijkheid die er, volgens kenners, in de jaren halverwege de vorige eeuw was, spreekt me van tijd tot tijd erg aan.

Vaak overvalt me dat verlangen op tijden dat ik zelf drukte om me heen ervaar. Niet zo vreemd natuurlijk, waarschijnlijk willen we allemaal op z'n tijd wel eens even pas op de plaats maken. Toch is het niet alleen de hectiek van de tegenwoordige tijd die me af en toe doet dromen over een moestuin met boomgaard, warme appeltaart en mooie zelfgemaakte quilts over de bedden. Ook de hardheid van onze maatschappij, waarin het steeds meer ieder voor zich lijkt en er voor elke 'fout' een schuldige aangewezen moet worden, doet me regelmatig verlangen naar een simpel, eenvoudig leven. 

Helaas wordt je tegenwoordig al snel als 'tuttig' beschouwd als je liever niet mee wilt doen met het (ver)oordelen van iedereen die iets doet dat in onze ogen niet goed is. Of als je aangeeft dat je van simpele, ouderwetse dingen zoals bakken of van tijd tot tijd handwerken houdt. Zo heb ik jaren geleden binnen onze vriendenkring eens laten vallen ooit nog eens te willen gaan patchworken of quilten en word ik daar nog steeds regelmatig mee gepest. 

Jammer genoeg is er toch vaak iets in mij dat er voor zorgt dat ik me, al dan niet bewust, aanpas aan de gangbare normen. En eigenlijk ga ik daardoor regelmatig tegen mijn eigen natuur in. Wat was het dan ook een verademing om zondagavond Yvon Jaspers in 'Een Kwestie van Kiezen' vol vuur een niet-cynische maatschappij te horen verdedigen. Omdat het tegenwoordig, volgens haar zeggen, wel een teken van intelligentie lijkt als je wel cynisch en hard bent. En aardig zijn is niet snel en hip, en dus saai. Vandaar dat zij pleit voor 'de kracht van zacht'.

Het heeft me weer eens doen inzien dat het wel kan: gewoon aardig zijn. Wat niet in hoeft te houden dat je over je heen moet laten lopen. En die combinatie, aardig zijn zonder jezelf te verliezen, lijkt me op voorhand vast een goed voornemen voor het nieuwe jaar.